De waterkeringbeheerder moet de waterkering aan de wettelijke veiligheidsnorm laten voldoen. Daarom moet de beheerder continue inzicht hebben in de toestand van de waterkering.
De Zorgplicht hanteert voor de primaire waterkeringen 7 activiteiten.
Voor deze activiteiten zijn binnen het kader van de zorgplicht basiseisen vastgesteld die ingaan op de uitvoering en de vastlegging van de resultaten.
De 7e activiteit, bediening waterkerende kunstwerken, is voor deze handreiking niet relevant en is om die reden niet opgenomen.
Het beheren van de dagelijkse gegevens waaronder de grasbekleding van de kering gebeurt met ‘het beheerregister’. Hierin staan de kenmerkende gegevens van de grasbekleding (bijvoorbeeld het streefbeeld) en de feitelijke toestand, aan de hand van inspectie en monitoring.
Het inspecteren van de grasbekleding moet volgens een inspectieplan worden uitgevoerd. De resultaten worden vastgelegd, geïnterpreteerd en er wordt een vervolg aan gegeven. Dit ligt vast in een inspectierapportage, faalrapportage (RWS) en het beheerregister.
Uitvoering van het cyclisch onderhoud aan de grasbekleding gebeurt volgens het beheer/onderhoudsplan. Denk hierbij bijvoorbeeld aan maai- en afvoerwerkzaamheden. De inspectieresultaten moeten leiden tot correctief onderhoud aan de grasbekleding. Vastlegging van de resultaten van het onderhoud vindt plaats in diverse rapportages die per waterkeringbeheerder verschillen.
De vergunningverlening gebeurt volgens het keurkwartet waarin de gegevens uit de keur, algemene regels, beleidsregels en de legger zijn verwerkt. Binnen vergunningen moet aandacht zijn voor de ingreep in grasbekledingen: hoe een grasbekleding wordt verwijderd, teruggeplaatst en ingezaaid. Ook moet aandacht zijn voor de zwakke nieuwe zodes tijdens het stormseizoen, wanneer de vergunningstermijn die omvat. De uitkomsten van de vergunningverlening komen in het beheerregister.
Het toezicht en handhavingsproces gebeurt volgens een handhavingsplan en de landelijk vastgestelde sanctiestrategie (RWS). De resultaten vanuit het handhavingsplan zijn een (schriftelijke) reactie of een interventie van de waterkeringbeheerder. Toezicht op de grasbekleding is noodzakelijk om te controleren of het verplichte onderhoud (Keur) is uitgevoerd en om schade als gevolg van activiteiten van derden te constateren en te herstellen.
De Calamiteitenzorg moet door de waterkeringbeheerder worden uitgevoerd volgens het calamiteitenorganisatieplan, calamiteitenplan, calamiteitenbestrijdingsplan, calamiteitenoefeningen en het landelijke draaiboek hoogwater en overstromingen.
Wanneer het werk in de uitvoeringsfase is moet de aannemer voorbereid zijn op extra beschermende maatregelen voor taluds waar de grasbekleding niet op orde is. Na oplevering neemt de waterkeringbeheerder die zorg over. Een belangrijk aandachtspunt is dan nog steeds een jonge en zwakke grasbekleding waar het ontwikkelingsbeheer wordt gevoerd.
De Wiki Noodmaatregelen (zie onder Informatie > Noodmaatregelen > Erosieremmend) beschrijft welke maatregelen effectief zijn.