De standplaatsomstandigheden zijn van invloed op de samenstelling en de structuur van de vegetatie en zijn bepalend voor de ontwikkelingsmogelijkheden (potentie) hiervan. De belangrijkste standplaatsomstandigheden zijn:
- De bodemopbouw en -samenstelling: dit zijn de afzonderlijke bodemfactoren.
- Het voedingsstoffenniveau (nutriënten): de samenhang van bodemfactoren die in hoge mate de biomassa bepaalt.
- De helling en expositie die van invloed zijn op de temperatuursom.
Een deel van deze aspecten kan alleen worden bepaald met behulp van een bodemonderzoek aan de hand van een vast protocol.
In het veld zijn ook met het blote oog verschillen waarneembaar: bijvoorbeeld het vochtgehalte van de bodem. De vegetatie op zeer droge of zeer vochtige locaties past zich aan de omstandigheden aan. Een ervaren inspecteur of beheerder zal dit na verloop van tijd eenvoudig herkennen.